Goed opdrachtgeverschap

Sinds 15 januari ben ik – naast voorzitter van NOA – ook voorzitter van Stichting PayOK. Die biedt een keurmerk dat controleert op de juiste betaling van ingehuurde werknemers. Wie uitzendkrachten uitleent, moet hen betalen volgens het loon dat vaste werknemers ontvangen als zij hetzelfde werk doen bij de opdrachtgever. Sinds 1 juli 2015 is er de Wet Aanpak Schijnconstructies (WAS). Deze wet pakt de keten van opdrachtgevers en opdrachtnemers aan. De opdrachtgever in de keten is volgens deze wet aansprakelijk als de onderaannemers hun werknemers en uitzendkrachten niet volgens het juiste cao-loon betalen.

Het keurmerk is anderhalf jaar geleden ontstaan vanwege signalen die inspectie-instellingen kregen tijdens uitzendcontroles. Zij zagen dat correcte cao-verloning in een aantal risicosectoren te makkelijk kan worden omzeild. Denk aan horeca, landbouw, tuinbouw, logistiek, metaal en schoonmaak. In die sectoren werken veel arbeidsmigranten. Minister Koolmees heeft dit jaar een aanjaagteam (commissie-Roemer) ingesteld om problemen met de gezondheidsrisico’s voor arbeidsmigranten in onder meer de vleessector in kaart te brengen en daar oplossingen voor aan te dragen. Tegelijkertijd adresseert de commissie-Roemer ook misstanden bij de verloning, de werkomstandigheden en huisvesting van arbeidsmigranten.

Wetgeving, een keurmerk en een aanjaagteam zijn belangrijke zaken. Maar het gaat er uiteindelijk om of consumenten en supermarkten bereid zijn een redelijke prijs te betalen. Als vlees, groente en fruit goedkoop moet worden geproduceerd, betalen werknemers de prijs. Wanneer een opdrachtgever of de tussenhandel voor een dubbeltje op de eerste rang wil zitten, kan een uitzendbureau kiezen; de opdracht weigeren omdat die leidt tot onderbetaling, cao-ontduiking en belabberde huisvesting. Of de opdracht aannemen, omdat die omzet genereert, ook al moet hij ervoor de beloningsregels aan zijn laars lappen. Het gaat dus naast goed opdrachtgeverschap om goed werkgeverschap. Onderaannemers en de uitzendwerkgevers moeten het ook goed willen doen.

Sjoemelen en de zaak beduvelen gaat gemakkelijk met buitenlandse uitzendkrachten, die niets of minder snappen van cao’s omdat ze onze taal en cultuur niet kennen. Als ze voor een habbekrats willen werken, ondermaats gehuisvest worden en met teveel mensen in een busje naar hun werk gaan, leidt dat tot gezondheidsrisico’s en onderbetaling. Maar het begint bovenaan; je kunt de prijs van de voedselketen en de arbeidsketen niet van elkaar loskoppelen. Iedereen draagt een deel van de verantwoordelijkheid. Dat snappen en serieus nemen, daar gaat het om.